Onze volkstuin is in vergelijking met vele andere een soort van andersomtuin. Hoewel er van alles aan het veranderen is (yay!) zijn we nog altijd geen norm aal (de Norm Aal is een moeilijk waarneembaar beestje; het gaat ook precies op de norm liggen! Maar er is iets aan de hand met de betekenis en de toepassing van het woord ‘norm’… Ik kom hier nog op terug in een volgende blog).
).
We oogsten vlot al van alles in het voorjaar, ook in de maanden die onder tuinders bekend staan als de zogenaamde ‘hungry gap’. Soms eten we al in Februari de eerste soep met groen uit de tuin erin! Op het moment dat eenjarigen nog niet eens gezaaid zijn! De deels ‘wilde´ weelde die dan beschikbaar komt is een meer dan welkome bron van vitamines en mineralen, zeker zo na de winter. Daarop volgt de bessentijd, en de grap van bessen is dat ze zowel erg gezond als zeer kostbaar zijn in de aanschaf in de winkel, en behoren tot de makkelijkste planten om te kweken in de vasteplantentuin!
Natuurlijk gaat ook dit niet helemaal vanzelf, al helemaal niet in de kleinere tuin met haar grotere snoeinoodzaak vanwege ruimtebeperkingen. Maar toch, in vergelijking met eenjarigen (het overgrote deel van de ‘moestuinplanten’ en van de peulvruchten en groenten in de winkel) is het relatief weinig werk. Bovendien valt het werk te concentreren: een aantal dagen en dagdelen per jaar flink aan de slag i.p.v. iedere week tot iedere dag steeds weer een beetje aandacht geven, en in de zomer niet op vakantie kunnen! Want dat is een ander voordeel van de vasteplantentuin: omdat de overgrote piek van de oogsttijd in voorjaar en najaar ligt, kan je na de bessenoogst gewoon op vakantie zonder (veel) oogst mis te lopen. De mogelijkheid om het werk te concentreren is een algemeen patroon in de vasteplantentuin, hetgeen haar dus ook geschikter maakt voor mensen met volle agenda’s en tuinen die niet aan je huis grenzen. Na de zomervakantie komt dan de top van de oogsttijd van het grotere fruit, dat vaak aan bomen groeit…
Een ‘andersom’-tuin kan natuurlijk ook op diverse manieren en in diverse combinaties met eenjarigen (zoals je ziet in het boek Permacultuur in je moestuin).
Wat denk je, iets voor jou, zo’n vasteplantentuin? In onze jaaropleiding permacultuur kun je stap voor stap toewerken naar een tuin die bij je past. Of een ander ontwerp maken: met permacultuur kun je allerlei systemen ontwerpen.
Zie ook:
- Vaste planten eten
- Voorjaarskriebels & vaste planten
- De (‘Typische’) Permacultuur-tuin bestaat niet!
- Voorjaar in de vaste-planten-tuin (deel 2)
- Voorjaar in de vaste-planten-tuin
Marankes blog
Maranke Spoor is docent permacultuur, tegenwoordig ook in de interactieve permacultuur webschool van Stichting Permacultuur Onderwijs. Maranke begon al op jonge leeftijd als tuinier. Op elke plek waar ze woonde zorgde ze al snel voor een eetbare siertuin: op balkon en dakterras, in schooltuin en moestuin. Maranke is opgeleid als jurist, een beroep dat ze o.a. in de vorm van docent recht tot 2010 uitoefende, is initiator van www.weggeefwinkels.nl en sinds 2010 docent permacultuur. In die hoedanigheid verzorgde ze reeds vele opleidingen op het gebied van permacultuur/voedselbossen. Verder is ze sinds 2013 voorzitter van Stichting Permacultuur Onderwijs, vertaalde en bewerkte ze samen met haar collega Lucas Brouns Engelstalige permacultuur literatuur (Herstellende Landbouw van Mark Shepard en Permacultuur in je moestuin van Christopher Shein) en is ze illustrator en auteur, van: ‘Permacultuur, Wat is dat!?’, een eboek dat in juni 2015 is verschenen.
*) De Norm Aal