Weleens eens koe een kuiltje zien graven om in te poepen? Nee? Daar zijn redenen voor, over deze een andere bodembeheerweetjes gaat deze blog, ik vat er de kennis en inzichten die ik hierover in de loop van de jaren opdeed in samen. Staat jouw gouden tip er niet bij? Reageer dan vooral ook!
1 Verstoor de bodem zo min mogelijk… Niet meer spitten heeft er bijvoorbeeld mede voor gezorgd dat mijn tuin niet meer overstroomt in de winter, zoals de tuinen van onze buren. Een inspirerend voorbeeld van niet-ploegen op de schaal van een boerderij is de film A farm for the Future. Kijkend naar het geheel is de bijdrage die dit op wereldschaal kan hebben aan het tegengaan van klimaatverandering enorm.
2 Doe dus zo min mogelijk, ik herhaal, doe zo min mogelijk aan de bodem, slow down… Laat het bodemleven lekker met rust.
De hoge snelheid van het moderne leven is niet de snelheid van de natuur.
3 De bodem is een levend wezen; alles wat leeft eet. Eens? Richt je dus op het voeden van de bodem en niet op het voeden van de plant (zoals kunstmest doet). Hongerig bodemleven krijgt weinig kinderen. De vraag is niet: Wat heeft de plant nodig? Maar: Wat heeft de bodem nodig? De bodem heeft bedekking nodig. Onbedekte grond is vrij zeldzaam in natuurlijke ecosystemen.
4 Bedek de bodem met groenbemesters, bodembedekkers, stro, karton, compost dierlijke mest, e.d… uiteraard daar waar gepast, de aanwezigheid van veel slakken, de grootste beperking in een nat gematigd klimaat, kan bedekken met dood/stervend organisch materiaal… stro e.d.. ongepast maken bij bepaalde teelten, m.n. eenjarigen. Bedekking van de bodem met levende planten heeft de voorkeur, haar wortels voeden het bodemleven, door deel te zijn van de bodemkringlopen.
5 Composteer: Een mix van groen (stikstofrijk) en bruin (koolstofrijk) materiaal is nodig. In de praktijk is half/half (qua volume) een fijne verhouding. ‘Geen organisch materiaal het terrein af’ is een fijne richtlijn om ervoor te zorgen dat er netto geen verlies aan organische stof optreedt (op de kleinste terreinen gelden soms uitzonderingen). Compost kan je, afhankelijk van doel en omstandigheden, op een hoop gooien. Ik heb echter ook een tuin waarbij de bodem zelf als composthoop fungeert net als in een bos.
6 Werk met zo héél mogelijke ecosystemen. Een gezonde bodem komt tot stand door een samenwerking tussen planten en dieren, van klein tot groot…
7 Bomen en andere vaste planten vervullen een zeer belangrijke rol in het bodemvoedselweb.
8 De natuur legt de vruchtbaarheid in de vorm van poep, afgevallen blad enzovoort, bóvenop, zo voed je het bodemleven. Stop geen meststoffen onderin plantgaten. Dat kan rotting van de (boom)wortels veroorzaken. Heb je wel eens een koe een gat zien graven om in te poepen?
Reageren?
- https://www.facebook.com/permacultuuronderwijs/
- https://m.facebook.com/permacultuuronderwijs/
- of twitter @marankespoor of LinkedIn …
Marankes Blog
Maranke Spoor is docent permacultuur, tegenwoordig ook in de interactieve permacultuur webschool van Stichting Permacultuur Onderwijs. Maranke begon al op jonge leeftijd als tuinier. Op elke plek waar ze woonde zorgde ze al snel voor een eetbare siertuin: op balkon en dakterras, in schooltuin en moestuin. Maranke is opgeleid als jurist, een beroep dat ze o.a. in de vorm van docent recht tot 2010 uitoefende, is initiator van www.weggeefwinkels.nl en sinds 2010 docent permacultuur. In die hoedanigheid verzorgde ze reeds vele opleidingen op het gebied van permacultuur/voedselbossen. Verder is ze sinds 2013 voorzitter van Stichting Permacultuur Onderwijs, vertaalde en bewerkte ze samen met haar collega Lucas Brouns Engelstalige permacultuur literatuur (Herstellende Landbouw van Mark Shepard en Permacultuur in je moestuin van Christopher Shein) en is ze illustrator en auteur, van: ‘Permacultuur, Wat is dat!?’, een eboek dat in juni 2015 is verschenen.